Chez Léon

Moules et frites, de tijd krijgt er geen grip op

Ik was bij Chez Léon in Brussel. Je mag het best de moeder aller frituren noemen. Of op z’n minst de bakermat van de beroemde combinatie mosselen met friet. Het frituurrestaurant vlakbij de Grote Markt is bij Nederlanders tamelijk onbekend. Dat is vreemd. Zeker als je bedenkt dat het al sinds 1893 op dezelfde plek zit. Chez Léon is een frituurconcept waarop de tijd geen grip lijkt te krijgen.

Chez Léon is nog steeds in handen van dezelfde familie. De Brusselse frituur dankt zijn naam aan Léon Vanlancker. Vanlancker opent in 1867 onder de naam A La Ville D’Anvers, de stad Antwerpen dus, een klein restaurant met vijf tafeltjes in een straatje vlakbij Brussels Grand Place.

Juist rond deze tijd maakt België op grote schaal kennis met friet en de frituur. Dit fenomeen is in de jaren daarvoor vanuit Parijs via Noord-Frankrijk opgetrokken richting Wallonië. Daarna marcheert de frietcultuur verder noordwaarts op. Antwerpenaar Philippe Edouard Cauderlier publiceert in 1861 het recept voor friet in een kookboek. Het culinaire werk wordt zowel in het Frans als in het Nederlands een bestseller.

Frietvirus

Op markten en kermissen duiken inmiddels de eerste, vaak Franstalige frietverkopers op. Ja, de frituur grijpt in de laatste decennia van de negentiende eeuw als een virus om zich heen bij onze zuiderburen. Het mag geen wonder heten. De Belgische natie is immers nog maar dertig, veertig jaren jong. Het nieuwe Belgische koninkrijk zoekt zijn eigen weg sinds het land zich in 1830 van Nederland heeft afgescheiden. Een eigen eetcultuur wordt dus gretig omarmd.

Naast de friet, komt in 1875 de mossel uit zijn schulp. Het gebeurt tijdens de Brusselse kermis. Zeker, mosselen worden sinds 1825 reeds gegeten. In Parijs is het al een bekend gerecht. Maar weerzin is er ook. Zo weigert de beroemde frietfreule Madame Fritz op de kermis van 1875 mosselen te verkopen in haar chique kraam, die zelfs in Nederlands Brabant en Limburg faam geniet. De weduwe van frietpionier Fritz Krieger haalt haar neus op voor de delicate schelp van de Zeeuwse waterbodem.

Gebatterde mosselen, foto Shutterstock.

Maar er is geen houden aan in Brussel en wijde omstreken, de combi mosselen en friet wordt populair.
Hierdoor geïnspireerd, sluit Vanlancker zijn kleine zaakje en opent hij zeven jaar voor de eeuwwisseling onder zijn eigen voornaam een frituurrestaurant aan de Beenhouwersstraat.

Daar zit Chez Léon nog steeds alsof de turbulente buitenwereld niet bestaat.

Vervlogen tijden

Friture Chez Léon groeit gestaag door in de loop van decennia. De familie Vanlancker koopt steeds opnieuw naburige panden en voegt die toe aan zijn frituurrestaurant. Chez Léon is zodoende een wirwar van gangen en ruimtes die in totaal negen verschillende bouwkavels beslaan. Anno nu staat de zesde generatie Vanlanckers aan het roer van Chez Léon.

De gasten blijven maar komen. Dagelijks doen vele honderden, soms zelfs duizend op een avond, zich hier tegoed aan Léons populaire frituurgerechten. Op het menu staat een tiental variaties van mosselen, zoals mosselen met curry, met room, met witte wijn of bereid op Provençaalse wijze. Maar ook gefrituurde mosselen behoren tot het assortiment. Vanzelfsprekend serveert Chez Léon friet en bier bij de gerechten, bier van eigen label overigens.

Foto: Chez Léon 1936.

Léons decor ademt de atmosfeer van vervlogen tijden. Chez Léon de Bruxelles heeft geen boodschap aan het gegeven dat iedereen altijd en overal digitaal met de rest van de wereld verbonden wil zijn. Op de avond van mijn laatste bezoek, eerlijk gezegd alweer wat jaren geleden, is het frituurrestaurant vol met jonge stelletjes. Veel twintigers, onder wie de nodige toeristen.

Deze vijftiger checkt aan tafel even zijn telefoon. Hé, geen wifi hier? De ober in zijn tijdloos zwart-wit tenue wijst bij wijze van antwoord simpelweg op het jaartal dat op de menukaart staat. 1893. Chez Léon houdt vast aan vroeger zolang het kan. De prijslijst van 1926 staat niet voor niks nog altijd geprint op de glimmende witte tegeltjes bij het loket van de frituurkeuken.

Léon verovert de wereld

Maar wereldvreemd zijn ze natuurlijk niet, de Vanlanckers. Onder leiding van nazaat Rudy, vorig jaar overleden en opgevolgd door Kevin, slaat Chez Léon in de tachtiger jaren van de vorige eeuw zijn vleugels uit. In 1989 opent een restaurant in Parijs. Daarna worden andere Franse steden veroverd. Op een goed moment heeft Léon onder de naam Léon de Bruxelles tachtig restaurants bij de buren zuidelijk van Brussel. Kortstondig is het restaurantbedrijf zelfs een beursgenoteerde onderneming. Maar al vlotjes trekt het zich weer wijselijk terug uit het aandelencasino.

Op de wereldtentoonstelling van 2010 in Shanghai, toch een Mekka van innovatie, komen dagelijks chez Léon liefst 3000 bezoekers de friet proeven. Kennelijk zijn ze er goed over te spreken. Want de expobezoekers kiezen het Brusselse frituurrestaurant tot het meest bijzondere foodconcept van het immense internationale evenement. Het bewijst maar weer eens dat traditie innovatie kan zijn als je maar lang genoeg standhoudt.

Na Brussel en Parijs lonkt nu de Britse hoofdstad. In 2012 vestigt de familie Vanlancker een restaurant aan Piccadilly Circus in Londen. In onze tijd is het echter niet meer alles goud wat er blinkt. In 2020 worden de Franse restaurants allemaal verkocht aan een grote horecagroep, die de heleboel re-brandt. Ook Léon Londen houdt geen stand.

Maar eigenlijk wil je het allemaal niet weten, zulk businessnews. Als je op de bakermat bij de Grand Place bent, wil je vooral dat het altijd 1893 zal blijven, de tijd dat de mossels en de fritten gingen gloeien en bloeien op de kermis van Brussel.

Meer frituurverhalen: Chippy

Headerfoto gemaakt tijdens een bezoek aan Chez Léon. De foto uit 1936 komt uit het archief van de familie. De foto van de gebatterde mosselen is van Shutterstock.

Ontdek meer van ubelski

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder