Onze zuiderburen zijn lyrisch over friet. Van enige voorwaardelijkheid is bij hun frietliefde geen sprake. Wij Nederlanders getuigen in onze friettaal van strenge distantie en zelfkastijding. Friet blijft ondertussen gewoon doorzingen.
Met de frituur ben ik door mijn werk, maar ook door boeken die ik schreef nu precies dertig jaar innig verbonden. Inniger dan de afhaler die ik ook ben. In de serie Frito's toon ik enkele van de vele friturische foto's die ik schoot.
Katholieken, protestanten. Onderhuids blijft het altijd een beetje schuren. Zuid versus noord, tweedeling tussen Bourgondische smulpapen en calvinistische kniesoren. De wegen van de Roomse en protestantse frieten scheidden zelfs ooit.
De frieten houden de verdeelde natie België als gestolde ossenwit bijeen. Om de nationale eenheid te versterken, bedacht een onverbeterlijke Belgische nationalist een fraaie fabel over visjes uit de Maas. Een frietverhaal.
Wat heeft Piet Mondriaan, onze beroemdste kunstenaar van de twintigste eeuw, met patates frites te maken? Enfin, je hoort de naam wel vaker. Maar misschien was hij wel de eerste ooit die met recht kon zeggen: Friet van Piet.
Friet begon als streetfood in Parijs. Vermoedelijk al eind achttiende eeuw, in de tijd van de Franse Revolutie. Gebakken aardappelstukken horen bij Parijs als de Notre-Dame, de bruggen over de Seine en accordeonmuziek.
Wat staat er rond 1900 in de dagbladen geschreven over patates frites also known as friet? In elk geval dat "bruikbare burgervrouwen" hun mannen een plezier doen met krokant gebakken frietjes. Verhaal over burgerfriet.